๐ƒ๐ž ๐š๐š๐ง๐ญ๐ซ๐ž๐ค๐ค๐ข๐ง๐ ๐ฌ๐ค๐ซ๐š๐œ๐ก๐ญ ๐ฏ๐š๐ง ๐๐ž ๐š๐Ÿ๐ ๐ซ๐จ๐ง๐.
Ken je dat? Dat wanneer je op grote hoogte staat en plots de neiging voelt โ€˜te willen springenโ€™? Of wanneer je in de zee zwemt, je naar de zwarte diepte wordt toegetrokken. Steeds verder en verder. Mijn man roept dan altijd: “๐˜•๐˜ช๐˜ฆ๐˜ต ๐˜ป๐˜ฐ๐˜ท๐˜ฆ๐˜ณ ๐˜จ๐˜ข๐˜ข๐˜ฏ!”

In mijn ervaring isย deย ‘aantrekkingskracht van de afgrond’ย geen teken van suรฏcidaliteit, maar eerder een ‘roepen van het Niets dat in elk mens – als eindig wezen – sluimert. Het is eenย existentiรซle confrontatie met je eigen eindigheid. Metย deย grondeloosheidย van ons bestaan.ย Je ervaart ineens heel scherp het feit ‘๐˜ฅ๐˜ข๐˜ต ๐˜ซ๐˜ฆ ๐˜ฐ๐˜ฐ๐˜ฌ ๐˜ฏ๐˜ช๐˜ฆ๐˜ต ๐˜ป๐˜ฐ๐˜ถ ๐˜ฌ๐˜ถ๐˜ฏ๐˜ฏ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ป๐˜ช๐˜ซ๐˜ฏ’.

๐ƒ๐ž ๐ณ๐ž๐ž ๐š๐ฅ๐ฌ ๐ฆ๐ž๐ญ๐š๐Ÿ๐จ๐จ๐ซ ๐ฏ๐จ๐จ๐ซ ๐ ๐ซ๐จ๐ง๐๐ž๐ฅ๐จ๐จ๐ฌ๐ก๐ž๐ข๐.
De zwarte diepte van de zee symboliseert iets onbegrijpelijk groots en onpeilbaars. Het is een plek die mij herinnert aan de onkenbaarheid van het zijn en aan mijn eigen nietigheid.

Volgens Heidegger wordt in dergelijke ervaringen duidelijk dat er geen absoluut fundament is: de zee belichaamt die grondeloosheid. Wie zich hiertoe aangetrokken voelt en zich daaraan overgeeft, ervaart misschien heel even een soort van versmelting met het Niets – zoals een heimelijk verlangen naar datgene dat groter en onvatbaarder is dan wijzelf.

๐ˆ๐ง ๐๐ž ๐š๐Ÿ๐ ๐ซ๐จ๐ง๐ ๐๐ฎ๐ข๐ค๐ž๐ง.
In de drang naar diepte (zowel fysiek als symbolisch) schuilt een overgave aan het besef dat we de controle en beschikking niet hebben. We begeven ons, als het ware, in de wereld van het onberekenbare. Het donkere van de zee staat voor het onontgonnen gebied van ons bestaan en van ons zijn.

Mijn verlangen om โ€˜erin te duiken of er in te springenโ€™ is een antwoord op de grondeloosheid, de diepte, die mij roept. De grondeloosheid kijkt me aan en ik kijk terug. Heidegger beschrijft dat als de stille stem van het wezen. Daarover later meer.

Foto ‘Gambar – Detail falling images Koleksi Nomer 13’