Als ik die afspraak heb gehad, dan kan ik eindelijk even ademen.
Als ik die mails heb beantwoord, dan kan ik echt beginnen.
Als het weekend is, dan kom ik tot rust.
Als dit project af is, dan komt er ruimte.
Als ik straks meer tijd heb, dan ga ik schrijven, sporten, etc.

Herkenbaar?
Voor mij in elk geval wel. Ik ken die modus van binnenuit. Door en door.

EIGEN BESTAAN EVEN OPSCHORTEN
Hij klinkt rationeel, efficiënt en zelfs verstandig. Maar in werkelijkheid is het een sluipende manier om niet helemaal aanwezig te hoeven zijn. Alsof het leven pas daarna begint. Alsof er eerst iets af moet, opgelost moet, afgerond moet voor ik er echt mag zijn.

Fenomenologisch gezien is dit fascinerend. De werkelijkheid voltrekt zich niet in het ‘daarna’, maar in het ‘nu’. Toch bouwen we mentaal een brug tussen het ene en het andere moment en plaatsen we onszelf alvast aan de overkant. Alsof we ons eigen bestaan even opschorten.

VERLANGEN NAAR VERLOSSING
Ik denk dat deze modus niet zozeer voortkomt uit een verlangen naar controle, maar uit een verlangen naar verlossing.
Het geloof dat er straks een moment komt waarop alles eindelijk klopt. Dat er, na deze taken en verplichtingen, een soort rust zal zijn waarin we volledig aanwezig kunnen zijn.

Maar die verlossing komt zelden. Zodra ‘dat’ er is, verschijnt er alweer een nieuwe ‘dit.
En zo blijven we onderweg naar een rust die niet in de toekomst ligt, maar in de bereidheid om hier te zijn, midden in wat onaf is.

En ondertussen tikt de tijd door.
De dagen vullen zich met to-do’s, afspraken, telefoontjes en lijstjes en ergens daartussen sluipt een subtiele gejaagdheid binnen.
Een haast die niet alleen in het tempo zit, maar ook in de toon van binnen.
Alsof iets in ons voortdurend zegt: nog even volhouden, bijna daar.

DIE INNERLIJKE STEM IS VERMOEIEND
Want zolang we geloven dat rust iets is wat nog moet komen,
ontglipt het ons precies daar waar het ontstaat, namelijk in het midden van de beweging.

Het gevolg is dat zelfs de dingen die we graag doen, een gesprek, een wandeling, een maaltijd bereiden, minder plezierig worden. Ze verliezen hun glans, omdat ze zijn ingeklemd tussen wat net geweest is en wat nog moet komen. De aandacht schuift steeds een fractie vooruit.

VERTRAGEN HELPT
In het leven zoals het zich nu toont.
in het gesprek dat gaande is, het lichaam dat ademt en in de taak die voor je ligt.

Vertragen is toestaan dat het leven jou beweegt in plaats van andersom.
Volgens mij zit daar de verlossing in. Niet aan de overkant komen, maar de brug zelf worden.
Niet als dit, dan dat.
Maar ook dit, en dat.

Het leven is niet wat komt nadat je klaar bent.
Het is wat er gebeurt terwijl je leeft.