Soms is vrees de directe confrontatie met iets wat niet langer verborgen blijft.ย Het zijn de momenten waarin de stilte geladen raakt en we voelen wat eerder onzichtbaar was. In het gedichtย Bangnisย vangt Rilke deze ervaring op een prachtige manier.

๐•๐ซ๐ž๐ž๐ฌ
In โ€˜t dorre bos weerklinkt een vogelroep,
die in dit dorre bos verloren lijkt.
En toch heeft zich die ronde vogelroep
in de seconde die hem worden deed
uitspanselbreed op โ€˜t dorre bos gevlijd.
Volgzaam trekt alles samen in die kreet:
Heel โ€˜t land lijkt er geruisloos in aanwezig;
โ€˜t is of de stormwind er naar binnen glijdt,
en de minuut, die toch eens verder moet,
is bleek en stil, alsof ze dingen weet,
waaraan een ieder sterven moet,
ontstegen aan die kreet.

๐˜๐˜ณ๐˜ช๐˜ซ๐˜ฆ ๐˜ท๐˜ฆ๐˜ณ๐˜ต๐˜ข๐˜ญ๐˜ช๐˜ฏ๐˜จ ๐˜‘๐˜ฆ๐˜ฏ๐˜บ๐˜ข ๐˜’๐˜ณ๐˜ถ๐˜ญ

๐•๐จ๐ž๐ฅ๐ž๐ง ๐ฐ๐š๐ญ ๐ง๐ข๐ž๐ญ ๐๐ข๐ซ๐ž๐œ๐ญ ๐ณ๐ข๐œ๐ก๐ญ๐›๐š๐š๐ซ ๐ข๐ฌ.
In een dor bos, waar alles droog en verstild lijkt, weerklinkt een vogelroep.
Eรฉn enkele klank, verloren in de leegte.
En toch – die ene roep doordringt de ruimte, vouwt zich over het landschap als een dunne, onzichtbare deken.

๐˜๐˜ฏ ๐˜ฅ๐˜ฆ ๐˜ด๐˜ฆ๐˜ค๐˜ฐ๐˜ฏ๐˜ฅ๐˜ฆ ๐˜ฅ๐˜ช๐˜ฆ ๐˜ฉ๐˜ฆ๐˜ฎ ๐˜ธ๐˜ฐ๐˜ณ๐˜ฅ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ฅ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ฅ,
๐˜ถ๐˜ช๐˜ต๐˜ด๐˜ฑ๐˜ข๐˜ฏ๐˜ด๐˜ฆ๐˜ญ๐˜ฃ๐˜ณ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ฅ ๐˜ฐ๐˜ฑ โ€˜๐˜ต ๐˜ฅ๐˜ฐ๐˜ณ๐˜ณ๐˜ฆ ๐˜ฃ๐˜ฐ๐˜ด ๐˜จ๐˜ฆ๐˜ท๐˜ญ๐˜ช๐˜ซ๐˜ฅ.

Rilke laat ons iets voelen wat niet direct zichtbaar is: de stiltes tussen de klanken, de leegte waarin de roep zich verspreidt.
De vogel roept, en de ruimte waarin hij roept wordt in datzelfde moment een geladen aanwezigheid.

๐•๐ซ๐ž๐ž๐ฌ: ๐ž๐ž๐ง ๐ฆ๐จ๐ฆ๐ž๐ง๐ญ ๐ฏ๐š๐ง ๐๐จ๐จ๐ซ๐ณ๐ข๐œ๐ก๐ญ.
Vrees ontstaat niet alleen in de dreiging van het onbekende. Soms ontstaat het in momenten waarin alles samenvalt.

๐˜๐˜ฆ๐˜ต ๐˜ช๐˜ด ๐˜ฐ๐˜ง ๐˜ฅ๐˜ฆ ๐˜ด๐˜ต๐˜ฐ๐˜ณ๐˜ฎ๐˜ธ๐˜ช๐˜ฏ๐˜ฅ ๐˜ฆ๐˜ณ ๐˜ฏ๐˜ข๐˜ข๐˜ณ ๐˜ฃ๐˜ช๐˜ฏ๐˜ฏ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜จ๐˜ญ๐˜ช๐˜ซ๐˜ฅ.

Herken je dat ook? Een moment waarin de wereld haar gewone vorm verliest en we plotseling zien – of beter, voelen – wat er altijd al was.

Dit zijn de momenten waarin we de dunne grens tussen onszelf en de wereld om ons heen – en in ons – ervaren.

๐–๐ž ๐ฏ๐ซ๐ž๐ณ๐ž๐ง ๐ฏ๐š๐š๐ค ๐ฐ๐š๐ญ ๐›๐ฎ๐ข๐ญ๐ž๐ง ๐จ๐ง๐ฌ ๐ฅ๐ข๐ ๐ญ:
het onbekende, het ongeziene, het onverklaarbare. Maar wat als de diepste angst niet ligt in wat we niet begrijpen? Maar in wat zich plotseling waarachtig toont?

Soms is vrees de directe confrontatie met iets wat niet langer verborgen blijft.

๐˜Œ๐˜ฏ ๐˜ฅ๐˜ฆ ๐˜ฎ๐˜ช๐˜ฏ๐˜ถ๐˜ถ๐˜ต, ๐˜ฅ๐˜ช๐˜ฆ ๐˜ต๐˜ฐ๐˜ค๐˜ฉ ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ฏ๐˜ด ๐˜ท๐˜ฆ๐˜ณ๐˜ฅ๐˜ฆ๐˜ณ ๐˜ฎ๐˜ฐ๐˜ฆ๐˜ต,
๐˜ช๐˜ด ๐˜ฃ๐˜ญ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ฌ ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ด๐˜ต๐˜ช๐˜ญ, ๐˜ข๐˜ญ๐˜ด๐˜ฐ๐˜ง ๐˜ป๐˜ฆ ๐˜ฅ๐˜ช๐˜ฏ๐˜จ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ธ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ต,
๐˜ธ๐˜ข๐˜ข๐˜ณ๐˜ข๐˜ข๐˜ฏ ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ช๐˜ฆ๐˜ฅ๐˜ฆ๐˜ณ ๐˜ด๐˜ต๐˜ฆ๐˜ณ๐˜ท๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ฎ๐˜ฐ๐˜ฆ๐˜ต,
๐˜ฐ๐˜ฏ๐˜ต๐˜ด๐˜ต๐˜ฆ๐˜จ๐˜ฆ๐˜ฏ ๐˜ข๐˜ข๐˜ฏ ๐˜ฅ๐˜ช๐˜ฆ ๐˜ฌ๐˜ณ๐˜ฆ๐˜ฆ๐˜ต.

De vogel roept, en de minuut die nog niet voorbij is, weet al wat komen gaat. Alsof de tijd even transparant wordt.

Rilkeโ€™s woorden herinneren mij eraan om niet weg te kijken, maar juist in die geladen momenten aanwezig te blijven. En dat ik soms heb te sterven aan een oud beeld. Want in de confrontatie met wat zich toont, vind ik niet alleen mijzelf, maar ook de wereld die mij draagt.